Littera 25 jaar!
Op 21 maart 2012 werd Littera 25 jaar. Dat mocht niet onopgemerkt voorbijgaan. Het clubbestuur opteerde ervoor om in de loop van het jubileumjaar 2012 tweemaal stil te staan bij dit heuglijke feit. Eén dag voor de verjaardag zouden we de gebruikelijke wekelijkse speeldag laten voorafgaan door een bescheiden receptie met bubbels en hapjes. Later op het jaar zullen de Litteranen worden uitgenodigd om deel te nemen aan een dagvullende activiteit, waarbij het scrabbelen geen deel zal uitmaken van het programma.
Op dinsdag 20 maart vond de receptie plaats. Litteranen en trouwe gastspelers kregen naast de beloofde drankjes en hapjes ook honderden foto's uit de oude doos voorgeschoteld. De voorzitter en zijn echtgenote kregen van hun collega-clubgenoten een cadeautje als dank voor hun inzet.
Voor aanvang van de scrabblepartij richtte de voorzitter nog een woordje tot de aanwezigen.
" Het is niet mijn bedoeling om gedetailleerd elk jaar uit de geschiedenis van onze club toe te lichten, maar de grote lijnen mogen wel eens herhaald worden. In 1987 kwam ene zekere Willy Debruycker op de idee om in Tessenderlo een scrabbleclub op te richten. Hij vond zijn motivatie op teletekst waar scrabbleopgaven verschenen. Alice Heselmans was de eerste die op de kar sprong. Vrij snel was het groepje groot genoeg om van start te gaan. De naam: scrabbleclub Paenhuys Tessenderlo. Brusselaar Hub Moonen assisteerde het clubje in wording. Heel wat mensen maakten kennis met het duplicate scrabbelen, maar niet iedereen raakte echt verknocht aan het scrabblespel. Gelukkig voor de club uit Tessenderlo kwamen op zeker moment tal van Cijfers & Letteraars van de naburige Laakdalse club overwaaien. Het Paenhuys werd te klein, we vonden onze stek in het Sportagon. De naam werd gewijzigd in Littera Tessenderlo. Sportieve successen bleven niet uit. Alex Reymen was de eerste Litteraan die een interclub won. Later volgden nog een vijftal anderen zijn voorbeeld. De meest succesrijke onder hen is Ronny Heylen. Ook aan clubtitels en –trofeeën ontbrak het niet. Nu, in 2012, kunnen we stellen dat het nog minstens een decennium zal duren vooraleer een andere club de erelijst van Littera kan evenaren.
Met het verstrijken van de tijd, moesten we helaas ook af en toe ondervinden dat het leven eindig is. Een jaar of zowat geleden overleed stichter Willy Debruycker. Voor hem gingen ook Alice Heselmans, Paula Michiels, Alida Bakker, Lieve Van Bulck, en Leona Cornelis heen. Dit doet ons beseffen dat we best genieten van alle jaren die we krijgen, en die ons in de gelegenheid stellen –zolang de gezondheid het toelaat– om o.a. samen onze hobby te beoefenen.
Feit is dat in het voorbije decennium nog weinig nieuwe leden kwamen aankloppen. De samenstelling van de groep mensen die in ’t Sportagon samen hun voorliefde voor de scrabblesport bedrijven , is daardoor vrij stabiel. Stabiel, maar tegelijkertijd behoorlijk heterogeen: gehuwden en ongehuwden, mannen en vrouwen, gepensioneerden en niet-gepensioneerden, universitairen en niet-universitairen, competitiegezinden en niet-competitiegezinden, Litteranen en niet-Litteranen, Limburgers, Brabanders en Antwerpenaars,... een bonte mengeling van mensen die de interesse in het scrabblespel gemeen hebben. Wat ik persoonlijk zo fijn vind, is dat we een groep hebben die niet alleen tijdens het spel speelt met letters en woorden, maar dat we in de rand daarvan, meer dan Jan Modaal, uitpakken met spitsvondige en/of geestige woord- en zinspelingen. Dat zorgt voor wat extra kruiden tijdens onze bijeenkomsten. Wat het bestuur zeer verheugt, is dat we een groep vormen waar tot nog toe leden niet met mekaar in aanvaring kwamen. Van pijnlijke woordenwisselingen is geen sprake, hooguit van woordenverwisselingen tijdens het spel. In onze geschiedenis zocht niemand een andere club op om redenen van ongenoegen of zware meningsverschillen. Het bestuur beschouwt dit voor een deel als de vrucht van hun werk, en hoopt dat we in die sfeer nog decennialang mogen samenkomen. Laat ons beginnen om er met zijn allen nog minstens 10 jaar bij te doen !"
Op dinsdag 20 maart vond de receptie plaats. Litteranen en trouwe gastspelers kregen naast de beloofde drankjes en hapjes ook honderden foto's uit de oude doos voorgeschoteld. De voorzitter en zijn echtgenote kregen van hun collega-clubgenoten een cadeautje als dank voor hun inzet.
Voor aanvang van de scrabblepartij richtte de voorzitter nog een woordje tot de aanwezigen.
" Het is niet mijn bedoeling om gedetailleerd elk jaar uit de geschiedenis van onze club toe te lichten, maar de grote lijnen mogen wel eens herhaald worden. In 1987 kwam ene zekere Willy Debruycker op de idee om in Tessenderlo een scrabbleclub op te richten. Hij vond zijn motivatie op teletekst waar scrabbleopgaven verschenen. Alice Heselmans was de eerste die op de kar sprong. Vrij snel was het groepje groot genoeg om van start te gaan. De naam: scrabbleclub Paenhuys Tessenderlo. Brusselaar Hub Moonen assisteerde het clubje in wording. Heel wat mensen maakten kennis met het duplicate scrabbelen, maar niet iedereen raakte echt verknocht aan het scrabblespel. Gelukkig voor de club uit Tessenderlo kwamen op zeker moment tal van Cijfers & Letteraars van de naburige Laakdalse club overwaaien. Het Paenhuys werd te klein, we vonden onze stek in het Sportagon. De naam werd gewijzigd in Littera Tessenderlo. Sportieve successen bleven niet uit. Alex Reymen was de eerste Litteraan die een interclub won. Later volgden nog een vijftal anderen zijn voorbeeld. De meest succesrijke onder hen is Ronny Heylen. Ook aan clubtitels en –trofeeën ontbrak het niet. Nu, in 2012, kunnen we stellen dat het nog minstens een decennium zal duren vooraleer een andere club de erelijst van Littera kan evenaren.
Met het verstrijken van de tijd, moesten we helaas ook af en toe ondervinden dat het leven eindig is. Een jaar of zowat geleden overleed stichter Willy Debruycker. Voor hem gingen ook Alice Heselmans, Paula Michiels, Alida Bakker, Lieve Van Bulck, en Leona Cornelis heen. Dit doet ons beseffen dat we best genieten van alle jaren die we krijgen, en die ons in de gelegenheid stellen –zolang de gezondheid het toelaat– om o.a. samen onze hobby te beoefenen.
Feit is dat in het voorbije decennium nog weinig nieuwe leden kwamen aankloppen. De samenstelling van de groep mensen die in ’t Sportagon samen hun voorliefde voor de scrabblesport bedrijven , is daardoor vrij stabiel. Stabiel, maar tegelijkertijd behoorlijk heterogeen: gehuwden en ongehuwden, mannen en vrouwen, gepensioneerden en niet-gepensioneerden, universitairen en niet-universitairen, competitiegezinden en niet-competitiegezinden, Litteranen en niet-Litteranen, Limburgers, Brabanders en Antwerpenaars,... een bonte mengeling van mensen die de interesse in het scrabblespel gemeen hebben. Wat ik persoonlijk zo fijn vind, is dat we een groep hebben die niet alleen tijdens het spel speelt met letters en woorden, maar dat we in de rand daarvan, meer dan Jan Modaal, uitpakken met spitsvondige en/of geestige woord- en zinspelingen. Dat zorgt voor wat extra kruiden tijdens onze bijeenkomsten. Wat het bestuur zeer verheugt, is dat we een groep vormen waar tot nog toe leden niet met mekaar in aanvaring kwamen. Van pijnlijke woordenwisselingen is geen sprake, hooguit van woordenverwisselingen tijdens het spel. In onze geschiedenis zocht niemand een andere club op om redenen van ongenoegen of zware meningsverschillen. Het bestuur beschouwt dit voor een deel als de vrucht van hun werk, en hoopt dat we in die sfeer nog decennialang mogen samenkomen. Laat ons beginnen om er met zijn allen nog minstens 10 jaar bij te doen !"